Afbeelding bij Wisselschakelaar aansluiten - Wisselschakeling1

Wisselschakelaar aansluiten

Een wisselschakelaar laat toe om vanop 2 plaatsen eenzelfde lichtpunt te bedienen. In het volgende artikel leggen we uit hoe zo’n wisselschakelaar werkt en hoe je hem kan aansluiten.

Enkelpolig versus dubbelpolige wisselschakelaar

Een wisselschakelaar werkt door 2 stroombanen mogelijk te maken. Bij een enkelpolige schakelaar kan je zo kiezen om de fase door uitgang 1 of 1′ te laten lopen. En bij een dubbelpolige worden zowel fase als neutrale draad geschakeld. Enkelpolige schakelaars mag je enkel in droge ruimtes gebruiken, terwijl dubbelpolige schakelaars ook in de minst kritische volumes in natte ruimtes, zoals de badkamer, gebruikt mogen worden.

Je herkent ze aan hun verschillende symbolen.
– enkelpolige wisselschakelaar (enkele beentjes)
– dubbelpolige wisselschakelaar (dubbele beentjes)

De reden voor de dubbele schakeling is vooral een verhoogde veiligheid. In natte ruimtes heb je een veel grotere kans om ook mee onder spanning te staan. Ofwel door een foutje in de enkele schakelaar, ofwel door een lekstroom die zelfs vanop een ander apparaat met dezelfde neutre opgewekt kan worden. Daarom moet je bij natte ruimtes wél een dubbelpolige schakelaar plaatsen, terwijl dat bij droge ruimtes niet moet. (Zelfs al zitten ze mogelijk zelfs op dezelfde installatieautomaat afgezekerd.)

Wat heb je nodig om een wisselschakeling te maken?

Naar de eerste schakelaar leg je 3G1.5 draad (fase, neutre & aardingsdraad). Tussen de 2 schakelaars heb je meer draden nodig. Bij zowel een enkelpolige als dubbelpolige schakelaar, leg je daar 5G1.5. Daar zitten 2 bijkomende schakeldraden in, één zwarte en één grijze. Vanaf de 2e wisselschakelaar leg je terug 3G1.5 kabels.

Afbeelding bij Wisselschakelaar aansluiten - Wisselschakeling1 1024x761

Een enkelpolige wisselschakelaar aansluiten

  1. Wisselschakelaars zijn niet geaard. De aarding kan je dus gewoon doortrekken of doorverbinden met Wago steekklemmen bij zowel de enkelpolige als dubbelpolige schakelaars. Zowel bij de eerste als de 2e schakelaar.
  2. Ook de fasedraad wordt bij een enkelpolige wisselschakeling niet onderbroken. De blauwe neutre mag je dus ook gewoon doorverbinden bij de eerste & de tweede schakelaar.
  3. Bij de eerste schakelaar steek je de fasedraad van de voeding (de 3G1,5) in de L-klem. Vervolgens verbind je de schakeldraden van de 5G1,5 met de 1 en 1′ uitgangen. Zo blijft er nog een enkele draad over van de 5G1,5. Knip die zo af dat er geen bloot koper meer te zien is. Het properste is om hier ook een Wago klem op te plaatsen.
  4. Diezelfde grijze en zwarte schakeldraden van de 5G1,5 draad steek je bij de 2e wisselschakelaar in de 1 en 1′ klemmen.
  5. De fasedraad die richting de lamp gaat, steek je in de L klem.

Een dubbelpolige wisselschakelaar aansluiten

Een dubbelpolige schakelaar sluit je op grotendeels dezelfde manier aan. Het grootste verschil zit hem in de geschakelde neutre.

  1. Aarding wordt doorgelust bij zowel de eerste als de tweede schakelaar.
  2. Fasedraad van de voeding steek je bij de eerste schakelaar in de L1 klem. De neutre gaat hier naar de L2 klem.
  3. De schakeldraden zwart en grijs uit de 5G1,4 kabel gebruik je voor klemmen 1 en 2. De blauwe en rode draad uit diezelfde 5G1,5 kabel gebruik je voor 1′ en 2′. Eerlijkheidshalve mag je die ook wisselen, maar hou ze liefst in zo’n paren.
  4. Zo komen ze ook binnen bij de 2e schakelaar. Grijs en zwart op 1 & 2. En daarna blauw en rood in 1′ en 2′. Hou ook hier exact dezelfde klemmen aan als bij de eerste schakelaar.
  5. L1 en L2 sluit je ook op dezelfde manier aan als de eerste schakelaar. D.w.z. de rode fasedraad van de 3G1,5 kabel in de L1 klem en de blauwe neutre in de L2 klem.
Afbeelding bij Wisselschakelaar aansluiten - Wisselschakeling dubbelpolig1 1024x761